
Een paar dagen met weinig in de agenda is ook wel eens lekker. Helemaal omdat het zaterdag best pittig is geweest voor mijn lijf. Op dinsdag heb ik wel iets gedaan dat al veel te lang geleden was: Wandelen met mijn vriendin. Dat hebben wij jarenlang gedaan op de dinsdagochtenden. Mijn man is lid van De Ronde Tafel, en daardoor heb ik deze vriendin ontmoet. Wij zagen elkaar alleen bij feestjes, maar als wij elkaar zagen, was het altijd leuk. Bij een etentje van deze service-club zagen wij elkaar na lange tijd weer, zij was net klaar met allerlei nare kuren en therapieën en moest weer conditie opdoen. Ik zei haar dat ik elke dag met de honden wandelde, en als ze het zag zitten om samen te lopen (samen is altijd leuker dan in je eentje) kon ze mij altijd bellen. Ik had niet verwacht dat zij het zou doen, want zo goed kenden wij elkaar nu ook weer niet. Maar op een dag ging de telefoon en hebben wij voor de eerste keer afgesproken voor een wandeling. Het begon als een soort ‘revalidatie-wandeling’, een paar honderd meter en weer terug, maar we konden steeds verder en het lopen ging steeds gemakkelijker. Uiteindelijk was het wekelijkse wandelingetje niet meer om te revalideren, maar uit pure gezelligheid.

Van alles wordt er besproken bij zo’n wandeling, van leuk tot stom. Ook zware, moeilijke, pijnlijke gebeurtenissen kwamen aan bod. En het fijne is, omdat je ‘iets anders aan het doen bent’ terwijl je zo’n zwaar onderwerp bespreekt, het daardoor luchtiger wordt. Zo hebben we heel wat traantjes gelaten, zowel van het lachen, maar zeer zeker ook van
verdriet tijdens deze wekelijkse sessies. Genoten heb ik, en wat vond ik het jammer dat zij meer ging werken en daardoor niet altijd tijd had voor deze voor mij zeer waardevolle wandeling.

Daarna kwam corona en dat heeft helemaal roet in de ‘dinsdagwandelingen’ gegooid. Maar nu kwam ze aanwaaien en hebben we meteen afgesproken weer een wandeling te maken. Helaas kan de oude hond zo’n lange wandeling niet meer aan, maar Soof ging natuurlijk wel mee. Dit keer naar de Reeuwijkse Plassen. En hoewel ik van heel veel dingen foto’s maak, heb ik er van ons samen maar eentje kunnen vinden… en de selfie die we de laatste keer gemaakt hebben… Hmmm, deze was de “beste”. (Volgende keer vragen we wel of iemand even een foto van ons samen wil maken.) Wij snappen beiden niet hoe die kinderen van ons dat toch doen, 1 keer klikken en ze staan er top op, wij zitten meteen met rimpels, onderkinnen en gesloten ogen…

Genoeg over het wandelen en slechte selfies. Ik heb een leuk (guilty pleasure) gerechtje voor je. Deze is echt simpel, appeltje eitje! Je gaat naar de betere kaasboer en haalt daar een Vacherin Mont d’Or. Een paar handelingen verder schuif je deze in de oven en heb je daarna een heerlijke ‘kaasdip’/kaasfondue. Samen op de bank op zondagmiddag met koud, nat en guur weer buiten, haard aan en een leuke film en dan dit gesmolten kaasje erbij, dat is een heerlijke zondagmiddag! Dit kaasje komt uit zowel Frankrijk (Doubs) als Zwitserland (Vaud). De melk komt van het ras Montbéliard. Dit rauwmelkse kaasje dat wordt gerijpt in een vorm van dennenhout en op dennenhouten planken ligt. Vroeger, als de koeien van de bergweides werden gehaald en terug gingen naar de stal, liep ook de melkproductie terug. Daardoor konden geen grote Gruyère- of Emmentalerkazen gemaakt worden, en werden deze veel kleinere Vacherins of roomkaasjes gemaakt. Naarmate de Vacherin langer rijpt, wordt de binnenkant smeuïger en niet meer gesneden, maar eruit gelepeld en op een stokbroodje of toastje gesmeerd. Of je doet ‘m even in de oven. Eet ze alvast!
Comments