Soort Sachertaart

Beslag:

Verwarm de oven voor op 160 graden. Neem een kom en klop hierin de eiwitten stijf met de mixer. Voeg beetje bij beetje de suiker toe. Neem een tweede kom en smelt hierin de chocolade au bain-marie. Zet apart. 

Neem een derde ruime kom en klop hierin de roomboter luchtig. Doe er vervolgens de eidooiers en het snufje zout bij en klop het geheel tot een egale massa. Voeg dan de gesmolten chocolade toe en meng goed door elkaar. Zeef de bloem boven de kom en het geheel goed mixen. Neem een derde van de geslagen eiwitten en meng dan goed door het mengsel (dit heet familie maken). Vouw daarna de overige eiwitten luchtig door het beslag, zodat er zoveel mogelijk lucht in blijft. 

Neem een springvorm, doe op de bodem een bakpapiertje, vet een beetje in en bedek met een klein laagje bloem. Stort het beslag uit in de vorm en bak de taart in ongeveer 40-45 minuten gaar. (Controleer met een sateprikker.) Laat afkoelen op een rooster.

Snijd de taart overdwars door het midden. (Hier kun je eventueel de binnenkant met wat Marillen besprenkelen.) Verwarm de abrikozenjam in een pannetje en bestrijk de beide binnenkanten van de taart met de jam. Plaats de bovenkant terug en verdeel met een kwast ook jam over de bovenkant en de zijkant. Zet weg in de koelkast, zodat de jam kan opdrogen.

Neem een steelpannetje en doe hierin de slagroom en de chocolade. Laat de chocolade hierin smelten terwijl je roert. Als de chocolade is gesmolten, zet je het vuur uit en voeg je de roomboter toe. Meng goed door elkaar. Je hebt nu een Ganache. Zet de taart op een rooster met een bakpapier eronder geplaatst. Schenk de ganache over de taart, zorg ervoor dat je de zijkant mee pakt. Verdeel en strijk glad met een paletmes. Je kunt de taart nog opleuken met gespoten chocolade. Laat eerst op kamertemperatuur afkoelen, dan kun je ‘m daarna in de koelkast zetten.